Big Two
Big Two, ook bekend als Chinese poker of dai di, is een strategisch kaartspel dat zijn oorsprong vindt in Oost-Azië. Het doel is om als eerste al je kaarten kwijt te raken door combinaties te spelen die sterker zijn dan die van je tegenstanders. Het spel wordt bij voorkeur gespeeld met vier personen en maakt gebruik van een standaard kaartspel zonder jokers. De unieke hiërarchie van kaarten en kleuren, waarbij de schoppen twee de hoogste is en de ruiten drie altijd het spel start, zorgt voor een spannend en tactisch verloop. Big Two combineert elementen van poker met het de principes van traditionele Aziatische kaartspellen.
Officiële Big Two regels downloaden →Uitleg over Big Two:

Geschiedenis van Big Two
Big Two vindt zijn oorsprong in de Kantonese spelcultuur van Zuid-China, waar het spel bekendstaat als Chor Dai Di (鋤大弟). In de loop van de twintigste eeuw verspreidde het zich naar andere delen van Oost- en Zuidoost-Azië, met name Hongkong, Taiwan, Vietnam, de Filipijnen, Maleisië en Singapore. Het spel werd populair onder jong en oud, vooral tijdens feestdagen zoals het Chinees Nieuwjaar. Door migratie en de opkomst van online kaartspellen vond Big Two later ook ingang in westerse landen, vaak onder namen als Chinese Poker, Pusoy Dos, Big Two of Dai Di. Ondanks regionale variaties bleef de kern van het spel behouden: strategisch sterker uitspelen dan de tegenstanders om als eerste alle kaarten kwijt te raken. De competitieve dynamiek droeg bij aan de blijvende aantrekkingskracht van het spel.
Spelregels van Big Two
Big Two is een zogenaamde shedding game. Het doel van Chinese poker is dan ook om als eerste alle kaarten uit de hand te spelen. De spelers doen dit door combinaties van kaarten te leggen die hoger zijn dan de vorige gespeelde combinatie. De rangorde van kaarten en kleuren speelt hierin een cruciale rol. Het spel kent specifieke regels over de manier van uitkomen, de toegestane combinaties en hoe de hoogste kaart of combinatie bepaald wordt. Hoewel het eenvoudig is in opzet, vereist Big Two wel behoorlijk wat strategisch inzicht.
Verdeling van de kaarten en start van het spel
Big Two wordt meestal gespeeld met vier spelers en een standaard kaartspel van 52 kaarten zonder jokers. Elke speler ontvangt dertien kaarten. De speler die de ruiten drie (♢3) bezit, moet het spel beginnen. Deze kaart mag op zichzelf worden gespeeld, maar ook als onderdeel van een combinatie, zoals een paar of een straat. De speler die het spel start, bepaalt meteen hoeveel kaarten in deze ronde gespeeld worden (één, twee, drie of vijf). Elke volgende speler moet met een combinatie van hetzelfde formaat overtroeven. Kan of wil een speler niet hoger spelen, dan past hij. Zodra alle andere spelers hebben gepast, krijgt de laatst actieve speler het initiatief voor een nieuwe ronde.
Kaartwaarden en kleurvolgorde
De waarde van de kaarten loopt van 3 (laagst) tot 2 (hoogst), met aldus de volgende volgorde: 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, boer, vrouw, koning, aas, 2. Naast de numerieke waarde speelt ook de kleur (symbool) een rol: van laag naar hoog zijn dit ♢ ruiten, ♧ klaveren, ♡ harten en ♤ schoppen. Een hogere kleur verslaat een lagere bij kaarten van gelijke waarde. Zo verslaat een schoppen 6 een ruiten 6. De schoppen twee (♤2) is daardoor de krachtigste kaart in het spel. Bij gelijke combinaties (zoals twee zevens) beslist de hoogste kleur van de hoogste kaart. Deze kleurvolgorde zorgt voor extra strategische nuances bij het bepalen van welke kaart of combinatie gespeeld wordt.
Toegestane combinaties en speelverloop
Tijdens het spel mag een speler kaarten spelen in de vorm van een enkele kaart, een paar (twee dezelfde), een trio (drie dezelfde) of een combinatie van vijf kaarten. De vijfkaartcombinaties zijn vergelijkbaar met de klassieke pokervarianten en worden als volgt van zwak naar sterk gerangschikt: straat, flush, full house, four of a kind met extra kaart en straight flush. Elke speler moet in zijn beurt een combinatie van hetzelfde formaat spelen die sterker is dan de vorige. Wanneer niemand meer kan of wil overtreffen, start een nieuwe ronde. De speler die als eerste al zijn kaarten heeft uitgespeeld, wint het spel.
Officiële spelregels van Big Two downloaden
De officiële spelregels van Big Two zijn beschikbaar als PDF. Het hier te downloaden document geeft een gestructureerd overzicht van de spelverdeling, de combinatieregels en de puntentelling. Wie het spel correct wil aanleren, doet er goed aan deze betrouwbare downloadversie van het reglement te raadplegen.
Hoe speel ik Big Two?
Big Two wordt beurtelings gespeeld en draait om strategie, volgorde en een gevoel voor timing. Het doel is om als eerste al je kaarten kwijt te raken door hogere combinaties te spelen dan je tegenstanders. Het volgende stappenplan beschrijft het basisverloop van een spelronde van begin tot einde.
Schud het kaartspel en deel de kaarten uit
Gebruik een standaard kaartspel van 52 kaarten zonder jokers. Schud goed en deel dertien kaarten aan elke speler uit. Bij drie spelers krijgt iedereen zeventien kaarten en blijft er één kaart over, die eventueel open wordt gelegd of toegevoegd aan de hand van de speler met de ruiten drie.
Bepaal wie mag beginnen
De speler die de ruiten drie in handen heeft, begint het spel. Deze speler mag zelf kiezen of hij die kaart alleen speelt of als onderdeel van een combinatie. De gespeelde combinatie bepaalt het formaat (1, 2, 3 of 5 kaarten) waaraan alle spelers in die ronde moeten voldoen.
Speel met de klok mee
Elke speler speelt om de beurt en moet een combinatie van exact hetzelfde formaat spelen die sterker is dan de vorige. Als dit niet mogelijk of strategisch niet gewenst is, mag een speler passen. Wie past, mag in die ronde geen kaarten meer spelen totdat een nieuwe ronde start.
Start een nieuwe ronde
Wanneer alle spelers behalve één hebben gepast, eindigt de slag. De speler die als laatste succesvol heeft gelegd, krijgt het initiatief om een nieuwe combinatie te spelen. Hierbij mag hij opnieuw het formaat bepalen. Het is voor deze speler niet verplicht om de vorige combinatie te overtreffen.
Ga door tot een speler al zijn kaarten heeft gespeeld
Het spel gaat door in opeenvolgende slagen tot één speler al zijn kaarten heeft uitgespeeld. Deze speler is de winnaar van de ronde. De resterende kaarten in handen van de andere spelers worden gebruikt voor de eventuele puntentelling.
Bereken de scores op basis van resterende kaarten
Optioneel kan er met een puntensysteem gespeeld worden, waarbij elke overgebleven kaart strafpunten oplevert. Hoe meer kaarten iemand overhoudt, hoe zwaarder de score, met extra straf voor sterke kaarten zoals ongebruikte tweeën of combinaties. De score wordt genoteerd voor volgende rondes of om de totaaluitslag te bepalen.
Varianten van Big Two
Hoewel de basisregels van Big Two grotendeels consistent zijn, bestaan er regionale varianten met subtiele, maar betekenisvolle verschillen. In Taiwan bijvoorbeeld hanteert men vaak een iets andere kleurvolgorde. Daar staat klaveren lager dan ruiten. Sommige varianten van Big Two voegen ook regels toe die het gebruik van bepaalde combinaties beperken, zoals het verbod om een spel te eindigen met een losse schoppen twee. Andere populaire varianten hebben afwijkende structuren qua puntentelling of spelverloop. Tot slot zijn er ook digitale versies van Big Two waarin tijdslimieten, automatische scoreberekening en aangepaste regels voor kleinere spelersaantallen (bijvoorbeeld met drie spelers) worden toegepast.
Puntentelling bij Big Two
In Big Two kan optioneel met een puntensysteem worden gespeeld om meerdere rondes aan elkaar te koppelen of om geldbedragen te verrekenen. De punten zijn gebaseerd op het aantal kaarten dat een speler nog in de hand heeft op het moment dat een tegenstander al zijn kaarten heeft uitgespeeld. Hoe meer kaarten iemand overhoudt, des te zwaarder de strafscore. Vaak wordt er gewerkt met vermenigvuldigingsfactoren die oplopen naarmate het aantal resterende kaarten stijgt. Deze strafpunten worden per speler opgeteld en in geld omgerekend of gebruikt om een totaalscore bij te houden over meerdere rondes. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de gebruikelijke puntentoekenning.
Aantal kaarten over | Vermenigvuldiging | Totaal strafpunten |
---|---|---|
1 tot 7 | x1 | Gelijk aan aantal kaarten |
8 | x2 | 16 punten |
9 | x2 | 18 punten |
10 | x3 | 30 punten |
11 | x3 | 33 punten |
12 | x4 | 48 punten |
13 | x4 | 52 punten |
Veelgestelde vragen over Big Two
Big Two is een eenvoudig kaartspel dat veel weg heeft van poker, maar met een eigen dynamiek en een aantal unieke regels. Voor wie het spel wil leren of al speelt, kunnen er tijdens het spel allerlei praktische vragen ontstaan. Welke combinatie is het sterkst, mag je een ronde overslaan en hoe zit het met kleurvolgorde? In deze FAQ worden een aantal veelgestelde en speltechnisch belangrijke vragen beantwoord die je helpen om slimmer, sneller en correct te spelen.
Wat is de sterkste combinatie in Big Two?
De sterkste combinatie is een straight flush van vijf kaarten, waarbij de hoogste kaart een schoppen twee is. Deze combinatie verslaat elke andere vijfkaartcombinatie. Enkel combinaties van hetzelfde type kunnen elkaar overtroeven, waarbij rang en kleur doorslaggevend zijn.
Mag je het spel eindigen met een twee (2)?
Dat hangt af van de huisregels. In sommige versies mag je niet eindigen met een losse 2, vooral niet als het de schoppen twee is. Dit voorkomt dat het spel eindigt op puur kracht.
Hoe weet je wie mag beginnen?
De speler die de ruiten drie (♦3) in handen heeft, moet het spel beginnen. Hij of zij mag deze kaart afzonderlijk of als deel van een combinatie spelen. In het geval van een spel met drie spelers krijgt degene met de ruiten drie vaak de extra kaart van de overgebleven stapel.
Kan ik passen als ik een hogere combinatie heb?
Ja, passen mag altijd, ook als je een hogere combinatie zou kunnen spelen. Dit is soms strategisch slim om sterke kaarten achter de hand te houden voor latere rondes.
Wat als meerdere spelers dezelfde combinatie spelen?
Bij gelijke combinaties beslist de kleur van de hoogste kaart binnen de combinatie. De volgorde van laag naar hoog is: ♦ ruiten, ♣ klaveren, ♥ harten en tot slot ♠ schoppen. Zo verslaat een harten zeven een klaveren zeven.
Hoe werkt de puntentelling als meerdere rondes gespeeld worden?
Bij meerdere rondes worden de strafpunten per speler opgeteld op basis van het aantal kaarten dat zij nog in handen hadden toen een ander won. De puntentelling gebruikt vermenigvuldigingsfactoren bij hogere aantallen kaarten (zie puntentellingtabel). Wie na alle rondes het laagste totaal heeft, wint.
Mag ik een willekeurige combinatie starten na een gewonnen slag?
Ja, de speler die als laatste een slag won, mag de volgende ronde starten met een willekeurige combinatie. Dit mag een enkele kaart zijn, een paar, een trio of een vijfkaartcombinatie. Hiermee bepaal je opnieuw de vorm van de slag.
Wat is de zwakste kaart in het spel?
De zwakste kaart is de klaveren drie (♣3) of ruiten drie (♦3), afhankelijk van de kleurvolgorde in de gebruikte variant. In de meeste versies wordt de ruiten drie als laagste beschouwd en brengt deze ook het spel op gang.
Kun je met minder dan vier spelers spelen?
Ja, Big Two kan ook met drie spelers worden gespeeld. Dan krijgt iedere speler zeventien kaarten en blijft er één over, die vaak open op tafel wordt gelegd of aan de hand van een specifieke speler wordt toegevoegd. Met twee spelers is het spel niet goed speelbaar.
Wat is beter: een full house of een flush?
In Big Two is een full house sterker dan een flush. De volgorde van vijfkaartcombinaties, van zwak naar sterk, is: straat, flush, full house, four of a kind (met extra kaart) en straight flush. Alleen combinaties van hetzelfde type kunnen elkaar overtroeven.